Standaardwaarde voor de methaanslip van het meest gangbare type lng-motor te verhogen tot ten minste 6%

Vandaag heeft de Internationale Raad voor schoon vervoer (International Council on Clean Transportation – ICCT) een nieuw rapport gepubliceerd over de methaanuitstoot van schepen die op vloeibaar aardgas (lng) varen in Europa en Australië. Het is gebaseerd op gegevens die zijn verzameld door drones, helikopters en boordsensoren tijdens het project FUMES (Fugitive and Unburned Methane Emissions from Ships – uitstoot van vluchtig, onverbrand methaan door schepen), dat twee jaar heeft geduurd.

FUMES is een samenwerking tussen de ICCT, Explicit ApS en TNO. Het FUMES-rapport bevat de uitgebreidste dataset voor de werkelijke methaanuitstoot van op lng varende schepen, met inbegrip van de ‘methaanslip’ van motoren en vluchtige methaanemissies bij het lossen van lng-ladingen. Methaan is het hoofdbestanddeel van de brandstof lng en methaanslip is het deel hiervan dat onverbrand uit de motor naar de atmosfeer ontsnapt. De werkelijke methaanslip, gemeten in de pluimen van 18 schepen met het meest gangbare type lng-scheepsmotor (LPDF viertakt), bedroeg gemiddeld 6,4%, terwijl de EU-regelgeving momenteel uitgaat van 3,1% methaanslip en de Internationale Maritieme Organisatie van de Verenigde Naties (IMO) van 3,5%.

Explicit ApS gebruikt een drone om de methaanemissies in de uitlaatpluim van een schip te meten, terwijl TNO metingen verricht in de uitlaatpijp van de machinekamer.

In het rapport wordt daarom aanbevolen dat de beleidsmakers van de EU en de IMO overwegen de standaardwaarde voor de methaanslip van LPDF-viertaktmotoren te verhogen tot ten minste 6%.

“Uit dit onderzoek blijkt hoe belangrijk het is om gegevens onder reële omstandigheden te verzamelen en te analyseren. Voor het ontwikkelen van een effectief klimaatbeleid moeten regelgevers zich baseren op de beste beschikbare gegevens. Als men blijft uitgaan van te lage waarden voor methaanslip, kunnen scheepseigenaren langer gebruikmaken van lng in motoren met een hoge methaanslip, waarmee ze een ongerechtvaardigd voordeel genieten ten opzichte van brandstoffen en motoren met een lagere uitstoot. Dit is in strijd met de doelstellingen om de scheepvaartsector snel koolstofvrij te maken, in lijn met de Overeenkomst van Parijs, en het is contraproductief als het gaat om de vermindering van de wereldwijde methaanuitstoot in dit decennium, waartoe de Global Methane Pledge oproept.”
-Dr. Bryan Comer, hoofdauteur, directeur van het mariene programma van de ICCT

“Dit onderzoek laat zien dat metingen op afstand een geldige en effectieve methode zijn om de methaanuitstoot van een groter aantal schepen onder reële omstandigheden in kaart te brengen. Zowel de methaanslip door onvolledige verbranding als de totale vluchtige emissies kunnen met meettechnieken op afstand betrouwbaar worden gekwantificeerd. De gepresenteerde resultaten geven een realistisch en onafhankelijk beeld van de uitstoot van methaan op zee.”
– Dr. Jörg Beecken, senior onderzoeks- en projectmanager, Explicit ApS

“Dit onderzoek geeft een praktijkdemonstratie van de toepassing van teledetectietechnieken (remote sensing) om representatieve waarden voor de methaanslip en vluchtige emissies van schepen te bepalen. Conventionele meetprocedures, zoals die voor certificering, zijn weliswaar nauwkeurig maar mogelijk niet representatief. Werkelijke metingen kunnen deze discrepantie wegnemen en helpen om representatieve gegevens te bepalen voor op feiten gebaseerde beleidsvorming.”
– BSc. Robin Vermeulen, senior onderzoeker, TNO

Andere resultaten:
Een moderne LPDF-viertaktmotor kan minder methaanslip uitstoten dan verondersteld door de EU (3,1%) en de IMO (3,5%), maar vooral bij lage belastingen van de motor kan de methaanslip nog steeds aanzienlijk zijn, variërend tussen ongeveer 4% en 7% bij een motorbelasting van 25 % of lager.
Het lossen van grote lng-tankers kan leiden tot 24-40 kg/h aan vluchtige methaanemissies, waarvan ongeveer 8 kg/h methaanslip van de LPDF viertaktmotoren van de schepen.
Uit metingen aan boord bleek dat de methaanslip en de arbeidsspecifieke NOx-uitstoot het hoogst waren bij de laagste motorbelastingen.

Andere aanbevelingen voor beleidsmakers zijn onder meer:
De EU zou moeten overwegen om schepen die op lng varen, te verplichten gebruik te maken van walstroom of op een andere manier hun uitstoot aan de kade te elimineren.
De EU zou daarnaast moeten overwegen om monitoring, rapportage en verificatie van methaanemissies bij opslag- en tankpunten van lng verplicht te stellen.
De IMO zou moeten overwegen een testpunt bij een motorbelasting van 10% op te nemen in de certificeringsprocedures voor motoren, en om de weging van de emissies op elk punt in de procedures aan te passen, zodat ze beter overeenstemmen met reële omstandigheden.