COLUMN

Caroline Nagtegaal-van Doorn

Na een eerdere carrière bij onder andere het Havenbedrijf Rotterdam en Schiphol werd Caroline Nagtegaal-van Doorn in 2017 Europarlementariër. In het Europees Parlement is ze onder andere specialist in de transportsector namens de VVD.

HAVENS ZIJN DE ROTS IN DE BRANDING!

De eeuwenoude ‘strijd’ tussen de West-Europese havens om wie de grootste was en wie de meeste containers oversloeg, herinner ik me nog goed van mijn werktijd bij het Havenbedrijf Rotterdam. Uiteraard werkten de grootste havens toen ook al samen op thema’s als veiligheid, digitalisering, bereikbaarheid en verduurzaming. Die samenwerking is de afgelopen jaren steeds verder geïntensiveerd. Maar nu is die samenwerking meer van belang dan ooit tevoren.

Ik las dat de CEO’s van de Nederlandse, Belgische en Duitse havenbedrijven de Europese regeringsleiders oproepen tot beleid dat klimaat en industrie verenigt en die oproep onderschrijf ik volledig. Een gezamenlijk antwoord is nodig om onze Europese industrie te behouden, waarbij we de cruciale rol van industrie voor onze autonomie en welvaart benadrukken. Samenwerking is nodig voor een duurzame toekomst waarbij het verbeteren van het investeringsklimaat essentieel is.

Onze havens zijn de rots in de branding voor de industrie, van logistiek tot energie. En ja, we staan voor een verduurzamingsopgave. Maar dan wel zo dat de industrie ook echt verduurzaamt en niet naar elders in de wereld trekt. Daar schieten we qua uitstoot onderaan de streep niets mee op!

Het belang van samenwerking heb ik ook ervaren in mijn werk hier in het Europees Parlement. Zeker ten aanzien van de walstroomopgave die de Europese havens met elkaar hebben. Op welke terminal moet walstroom worden aangelegd? Welk type schepen meert aan en welk vermogen hebben ze nodig? Een flinke puzzel! Daarom organiseerde ik walstroomtafels met relevante stakeholders, van reders tot binnenhavens, en netbeheerders tot terminals. Door alle koppen bij elkaar te steken, hebben we wetgeving zoals die voor alternatieve brandstoffen zo kunnen maken, dat die werkt!

Dat is dan ook mijn oproep: de overheid moet meer zij aan zij staan met de industrie. Een goed schip vaart niet zonder een kapitein die staat voor zijn of haar bemanning!

‘Wie is de grootste’ is dus niet zo belangrijk, zolang er een gezamenlijke missie is om samen aan de energietransitie te werken en gezonde concurrentie te behouden. Mét nadruk op het behoud van onze Europese industrie en banen in onze prachtige havens en industrie.