Vierentwintig natuubeschermings- en sportvisserijorganisaties roepen de Nederlandse overheid op om de visserij met fuiken, staand wantnetten en sleepnetten rond de Haringvlietdam te verbieden. Dat noemen zij nodig voor het herstel van trekvissen in de Rijn en de Maas, zoals de zalm.

De oproep wordt gedaan door organisaties uit Duitsland, Frankrijk en Oostenrijk. Die landen hebben veel geld gestoken in het herstel van populaties bedreigde trekvissoorten, zoals de zalm, elft en de fint. De groei stagneert echter. Nederland zet sinds dit jaar de Haringvlietsluizen geregeld op een kier, zodat trekvissen de laatste hindernis tussen rivier en zee kunnen nemen. Maar, zo stellen de actievoerende organisaties nu, om trekvissen echt een vrije doorgang te geven, zijn afspraken over visserij aan beide kanten van de sluizen ook cruciaal.
Vissen die rond de Haringvlietsluizen in de zoet-zoutwaterovergang verblijven, worden door fuiken-, staand want- en sleepnetvisserij immers aanzienlijk verstoord of per ongeluk gevangen. In een brandbrief aan de Vaste Kamercommissie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wordt dan ook gevraagd om een ruime zone met een visverbod rond de sluizen.
Vóór de aanleg van de Deltawerken was de Haringvliet het belangrijkste in- en uittrekpunt van migrerende vissen tussen de Noordzee en de Rijn en de Maas. De populaties trekvissen in de rivieren zijn in de vorige eeuw door de bouw van hindernissen, vervuiling, kanalisatie en overbevissing echter ingestort. Soorten als de steur zijn zelfs geheel verdwenen. De situatie is de afgelopen decennia sterk verbeterd. Het water is veel schoner, visserij is sterk afgenomen en de rivierroute wordt beter toegankelijk. Stephan Spahn van het Deutscher Angelfischerverband: ,,Maar al deze inspanningen kunnen voor trekvissen teniet worden gedaan als die rond de Haringvlietsluizen in een net belanden.’’