Den Helder Airport is al vijftig jaar een belangrijke speler in de luchtvaart en offshore-industrie. Toch lijkt het grote publiek geen idee te hebben van wat er allemaal op de luchthaven gebeurt. Hoe dat komt? Directeur Conny van den Hoff heeft er een logische verklaring voor.

Claudia Langendoen

1,3 kilometer ILS start- en landingsbaan, twaalf opstelplaatsen voor vliegtuigen, vijf hangars, ondergrondse brandstofbunkers, de aanwezigheid van security, marechaussee en douane. Het zijn slechts enkele voorbeelden waaruit blijkt dat Den Helder Airport aan de weg timmert. Hoe komt het dan toch dat veel mensen nauwelijks weet hebben van jullie activiteiten?
,,Omdat we in het verleden weinig hebben uitgedragen wie we zijn. Dat was niet nodig; olie- en gasmaatschappijen wisten ons altijd te vinden. Den Helder Airport is eind jaren zeventig ontstaan met de opkomst van de offshore-industrie en heeft zich in een halve eeuw tijd ontwikkeld tot een allround Nederlands offshore luchtvaartcentrum. Dit mede dankzij onze perfecte ligging hier in Den Helder ten opzichte van de wind-, olie- en gasvelden in de Noordzee en dankzij onze goede verbinding met Schiphol. Het was dus altijd duidelijk dat wij hiervoor dé luchthaven waren en dat nog altijd zijn. Qua faciliteiten doen wij namelijk niet onder voor de nationale luchthavens. Diverse helikopteroperators zijn dan ook al jarenlang op ons terrein gevestigd. Eigenlijk zijn wij een soort Schiphol in het klein.’’

U bekleedt inderdaad nog altijd een belangrijke rol. Toch is de offshore-wereld in vijftig jaar tijd ingrijpend veranderd. Olie- en gaswinning zullen verder teruglopen en daarmee het aantal vliegbewegingen in deze branche. Windenergie neemt daarentegen juist een vlucht. Op welke manier gaat uw luchthaven mee in deze ontwikkelingen?
,,De energietransitie, herbestemming van de offshore olie- en gasinfrastructuur en de bouw van vele offshore windmolens bieden prachtige kansen voor de toekomst. Ook de windbranche faciliteren wij met voornamelijk offshore helikoptervluchten. Je zag dat de windmarkt in het begin zoekende was, van waarvandaan gevlogen kon worden. Wij hebben ons kenbaar gemaakt, zijn lid geworden van diverse brancheorganisaties voor windenergie. We hebben contacten met ministeries gelegd en een impactstudie offshore modaliteiten laten schrijven en daarmee duidelijk kunnen maken: ‘Hier zijn we. We hebben al vijftig jaar ervaring en dit kunnen we voor u betekenen.’’’
,,Verder hebben we in 2017 een alliantie opgericht, de Europese North Sea Heliports Alliance (NSHA). Daarin zijn de zes belangrijkste offshore vliegvelden van vijf Europese landen rondom de Noordzee vertegenwoordigd, te weten: Emden, Esbjerg, Stavanger, Aberdeen, Humberside en Den Helder. Samen zijn wij verantwoordelijk voor het vervoer van ruim een miljoen passagiers per jaar. We werken aan directe, duurzame verbindingen tussen onze heliports en dankzij onze alliantie kunnen wij een steviger geluid laten horen in Brussel. Er is veel gaande. Wat dat betreft wachten we op een nieuw kabinet in Nederland: wet- en regelgeving moeten worden aangepast om dingen mogelijk te maken. Zo kijken we onder andere naar ontwikkelingen op het gebied van maritieme drones en het laten vliegen van onbemande toestellen.’’

Directeur Conny van den Hoff van Den Helder Airport:
“Eigenlijk zijn wij een soort Schiphol in het klein”

Veelbelovende ontwikkelingen. Hoe beleeft u dat als luchthavendirecteur?
,,Het is allemaal erg boeiend. Ik zeg altijd: never a dull moment op Den Helder Airport. Er is afgelopen decennia zóveel gebeurt en het mooie voor mij persoonlijk is dat ik dat allemaal heb mogen meemaken. Ik loop hier namelijk al dertig jaar rond, waarvan de laatste dertien jaar als directeur. We zijn een kleine organisatie, werken met een staf van vijf mensen. Het is mooi en uitdagend om met zo’n klein team een vliegveld draaiende te houden en de toekomst in te gaan.’’

U opereert als vrouw in een managementfunctie in een bijna volledig door mannen gedomineerde wereld. Hoe is dat voor u, of speelt dat in uw branche geen rol?
,,Ik was bij mijn aantreden de allereerste vrouwelijke luchthavendirecteur in Nederland. In dat opzicht speelde het wel een rol. Verder zit ik inderdaad voornamelijk met mannen aan tafel. Ik merk dat mijn aanwezigheid gewaardeerd wordt. Het is goed dat er meer diversiteit ontstaat. Ik zie dat zeker gebeuren. Ik kom vrouwelijke helikopterpiloten tegen. Je ziet ook meer vrouwen offshore gaan. Dat vind ik stoer. En verder blijft het een uitdagende wereld, waarin het hartstikke leuk werken is. En waarin iedereen een groot verantwoordelijkheidsgevoel heeft. Ik zie de toekomst voor de sector dan ook positief in. Het aantal vliegbewegingen wat betreft de windmarkt zal zeker verder stijgen. We moeten echter niet verwachten dat dit ooit terugkomt op het niveau van enkele jaren terug, in de topjaren van de olie- en gasindustrie. Zeg natuurlijk nooit nooit, maar dat is niet waarschijnlijk.’’

Wat gebeurt er dan wél? Geef eens een vooruitblik op de situatie over pakweg tien jaar.
,,Dan vliegen hier volop drones, die gaan komende jaren echt een enorme vlucht nemen. We hebben dan nóg een extra hangaar. Er vliegen hier uiteraard nog volop helikopters en er vliegen ongetwijfeld ook elektrische vliegtuigen van en naar de offshore vliegvelden van de NSHA. Ik ben zelf ook erg benieuwd hoe alles zich zal ontwikkelen, maar ook dan heeft Den Helder Airport zeker nog een heel mooi bestaansrecht. Want dát er van alles gaat gebeuren, staat als een paal boven water.’’