Op 2 juni is bij Damen Shipyards Galati (Roemenië) de kiel gelegd van het nieuwe Combat Support Ship Den Helder. Daarmee is een belangrijke mijlpaal bereikt in de bouw van dit nieuwe bevoorradingsschip voor de Koninklijke Marine (KM). De kiel legging ceremonie werd gezamenlijk uitgevoerd door de Directeur Defensie Materieel Organisatie (DMO) vice admiraal Arie Jan de Waard en de Commandant Zeestrijdkrachten, vice admiraal Rob Kramer.

Het staal voor dit nieuwe schip wordt sinds december vorig jaar gesneden. Daarmee liggen, na deze kiellegging, alle bouwstenen voor de daadwerkelijke bouw van het schip in Roemenië klaar. De engineering van het Combat Support Ship vindt grotendeels vanuit Nederland plaats. Directeur Damen Naval, Hein van Ameijden, benadrukt dat het vooral de samenwerking met bedrijven uit de bestaande marinebouwketen is, die de innovatieve bouw van Nederlandse marineschepen mogelijk maakt: “Ruim een jaar na de ondertekening van het contract voor dit schip, heeft Damen Naval 116 inkoopcontracten gesloten, waarvan 82 met Nederlandse toeleveranciers. Deze komen veelal uit de Rijnmond en Zeeland. Het is deze hele keten van bedrijven, die bijdraagt aan de bouw van dit nieuwe schip voor de Koninklijke Marine.”

Naast het benadrukken van de goede samenwerking tussen alle betrokken partijen heeft de kiellegging ook een traditionele waarde. Vroeger werd een muntje onder de houten mast gelegd voor voorspoed. Tegenwoordig, met de schepen van staal, wordt het muntje in de dubbele bodem geplaatst. De beide admiraals hebben deze handeling bij het Combat Support Ship mogen uitvoeren. Voor de gelegenheid werd een munt uit 1822 geplaatst. Een belangrijk jaar voor de marine, waarin na diverse plannen en aanzet tot fortenbouw in de Napoleontische tijd, het marine etablissement met droogdok in Den Helder aan hen werd overgedragen.

De volgende ceremoniële mijlpaal is de doop van het schip, maar dit zal niet eerder plaatsvinden dan nadat het schip is afgebouwd in 2023. Na inbedrijfstelling, testen en de werfproeftocht vaart het schip naar Den Helder waar het wordt overgedragen aan de DMO. Vervolgens worden de scheepstoebehoren en het Combat Management Systeem nog geïnstalleerd, voordat het schip in 2025 door de DMO wordt overgedragen aan de marine.

Het schip is in nauwe samenwerking met de DMO en de marine ontworpen. Het is gebaseerd op het eerder door Damen gebouwde Joint Support Ship Zr.Ms. Karel Doorman. Het bijna 180 meter lange schip krijgt een 75-koppige basisbemanning en kan nog vijfentachtig extra opvarenden meenemen. Er is naast plek voor brandstof en munitie om andere schepen te bevoorraden, plaats voor meerdere helikopters en twintig containers.